Wie aan schaatsen in Opeinde denkt, denkt aan rondjes ride op de ijsbaan. In het verre en vaak koudere verleden van het dorp schaatste men ook. Vanaf het einde van de 19e eeuw werd in Opeinde een ijsclub opgericht die een aantal malen per jaar – ‘ijs en weder dienende’, uiteraard naar oordeel van de directie – zogenaamde ‘hardrijderijen’ organiseerde. Niet op een ijsbaan, maar simpelweg op het Opeinder Kanaal, gegraven rond 1882. De vier korte krantenberichtjes uit de Leeuwarder Courant geven een impressie van de opzet van zo’n schaatswedstrijd, die mensen uit heel Friesland naar Opeinde trok.
Linksboven: 08-01-1894. Rechtsboven: 16-01-1908. Linksonder: 28-11-1890. Rechtsonder: 18-01-1897. Oorsprong: Leeuwarder Courant. Klikken is vergroten.
Hardrijderijen waren er in verschillende soorten. Zo was er onderscheid tussen wedstrijden voor ‘manspersonen’ en ‘jongelingen’. Ook belangrijk: talenten die al prijzen van boven een bepaald aantal guldens hadden opgestreken waren uitgezonderd van deelname. De ‘cadeaux’ waren vaak geldbedragen, of een ‘gouden remontoir horloge’, zoals in 1897. Handig voor mensen van buiten de bebouwde kom: de wedstrijdlocatie lag in ‘onmiddellijke nabijheid’ van de tramhalte; echte Friezen reisden ongetwijfeld per schaats.
1 ping